Portrait of mother reading tales to daughters in bed

Hoe een voorleesboek een voorbeeld kan zijn voor je kind dat je misschien NIET wilt

Voorlezen is al jaren een vast avondritueel bij ons. Alleen, met enige regelmaat lees ik boeken voor aan mijn kinderen, waar ik eigenlijk helemaal niet zo blij van word. En dan bedoel ik niet het verhaal. Ik bedoel de woorden die worden gebruikt. Woorden die ik liever niet uit de monden van mijn kinderen hoor. Oordelende woorden. Ik voel me dan best opgelaten, dat ik ze aan mijn kinderen ‘moet’ voorlezen.

Kinderboeken staan vol met oordelen. Is het jou wel eens opgevallen? 

Dat is nou juist niet wat ik mijn kinderen wil meegeven, al die oordelen.

Oordelen zijn een begin van innerlijke onrust en innerlijke conflicten, van ruzie, strijd en nog veel meer ellende. Dat kun je ook in mijn eerdere artikel ‘De waarheid over oordelen’ lezen?

Wat ‘oordelen’ is en waar het vandaan komt

Oordelen is het voortdurend evalueren van dingen als goed of slecht. In zijn bestseller ‘De zeven spirituele wetten van succes’, schrijft Deepak Chopra: ‘Als je voortdurend aan het evalueren bent, aan het classificeren, etiketteren en analyseren, veroorzaak je veel onrust in je innerlijke dialoog’. Ook zegt hij: ’Door niet te oordelen, schep je stilte in je geest’.

Soms worden oordelen heel krachtig neergezet. Maar psychologisch werkt het zo dat mensen vaak oordelen omdat ze onzeker zijn. Door middel van oordelen worden anderen naar beneden gehaald, waardoor degene die oordeelt zich weer even iets beter voelt over zichzelf.
Dus hoe beter je je voelt over jezelf, des te minder je de drang voelt om mensen in hokjes te plaatsen. Interessant, vind je niet? Voor mij was het een signaal voor ‘werk aan de winkel’!

Een oud verhaal over oordelen

Er is een oud verhaal dat toegeschreven wordt aan de Chinese wijsgeer Lao Tse.
Een boer had een prachtig paard, dat hij nooit had willen verkopen. Op een dag was het paard verdwenen uit de stal. ‘Wat een ongeluk!’ riepen de dorpelingen in koor. ‘Wat vreselijk voor je dat je je paard kwijt bent! Had je het nou maar verkocht!’

‘Ach,’ zei de boer, ‘of het slecht is, weet ik niet. Ik weet alleen dat het paard uit de stal verdwenen is.’ Een week later kwam het paard terug, en het bracht vijftien wilde paarden met zich mee. ‘Wat een geluk!’ riepen de dorpelingen. ‘Wat fijn voor je dat je zoveel paarden hebt!’

‘Ik weet niet of het goed is’, antwoordde de boer. ‘Ik weet alleen dat ik nu zestien paarden heb.’ De zoon van de boer probeerde de wilde paarden te temmen. Hij werd uit het zadel geworpen en brak beide benen. ‘Wat ellendig voor je!’ reageerde het dorp. ‘Nu is je zoon geblesseerd, misschien blijft hij wel altijd kreupel!’

‘Oordeel toch niet zo snel’, zei de boer. ‘Laten we vaststellen dat mijn zoon zijn benen heeft gebroken. Of dat een ongeluk is of een zegen, weet niemand.’ Een paar weken later moesten alle jongemannen in dienst. De keizer beraamde een veldslag. Iedereen wist dat hij zou verliezen en dat de meeste soldaten zouden omkomen.

De zoon van de boer kon niet meevechten, vanwege zijn gebroken benen. De dorpelingen feliciteerden de boer: ‘Wat een geluk dat jij je zoon nog hebt!’ Maar hij zei weer: ‘Niemand weet of het goed is of slecht dat mijn zoon niet mee hoeft te vechten. Niemand kent het hele verhaal. We zien alleen fragmenten. Oordeel toch niet.’

De clou is dat de dorpelingen telkens ongelijk bleken te hebben.
Geen oordeel vellen brengt een gevoel van kalmte, acceptatie en tevredenheid.

Oordelen en kinderboeken

Terug naar de kinderen en de boeken. Wat mij zo puzzelt is wat we kinderen nou eigenlijk leren als ze steeds weer overal oordelen tegenkomen, zo ook in boeken. Kinderen leren immers veel door te imiteren. Ook leesboeken die op school worden gebruikt, maken regelmatig dat ik me verbaas over de oordelen die er in staan. Woorden als ‘stout’, ‘stom’, ‘raar’, ‘dom’ zijn geen uitzondering. Leren kinderen zo o.a. om te oordelen? Doet de kracht van de herhaling hier niet zijn werking? Krijgen we het zo met de paplepel ingegoten?

Ik heb in mijn vorige artikel het boekje ‘Slaapklets!’ aangeprezen. Ik sta daar nog steeds achter omdat het zo veel brengt in je contact met je kind. Maar ook daarin ligt de focus op momenten op oordelen. Die bewuste onderdelen zou ik het liefst iets anders er in willen hebben.

Wat je kunt doen om bewust om te gaan met oordelen

Wat ik zelf doe als voorbeeld richting mijn kinderen? Ik benoem het. Ik observeer op momenten ook hardop uitspraken van mezelf en van mijn kinderen en wijs mezelf en mijn kinderen er op momenten op als er een oordeel in zit. Je wordt hierdoor scherper op je eigen gedachten en kinderen worden zich zo ook meer bewust van hun gedachten en oordelen.

En zo gebeurt het ook wel eens dat mijn dochter van 3, in reactie op iets dat ik zeg, tegen mij zegt; ‘mam, dat is een oordeel’. En dan kan ik haar alleen maar bevestigen en blij zijn dat ik een beetje heb bijgedragen aan haar bewustwording. En zo leer ik zelf ook weer! Mijn kinderen zijn mijn spiegel.

Lees jij ook wel eens kinderboeken waarbij je vraagtekens hebt bij de voorbeeldfunctie?